maandag 10 maart 2025

er is geen weg dan de weg naar zee

Daniël Franck over ‘Veelvoud van een eiland’ van het dichterscollectief Obsidiaan

er is geen weg dan de weg naar zee



Het dichterscollectief Obsidiaan presenteert zich als een open labo voor poëzie waar de dichters via allerlei projecten elkaars creativiteit stimuleren. Het collectief ontwikkelde een eigen podium ‘Roes!’ en een online platform ‘Roer’. De dichters die er deel van uitmaken geven al enige tijd mee het Vlaamse poëzielandschap kleur en inhoud. Met ‘Veelvoud van een eiland’ leveren Edward Hoornaert, Ann Van Dessel, Wim Vandeleene, Steven Van der Heyden, Reinout Verbeke, Tania Verhelst en Geert Viaene nu een tastbaar resultaat af. Deze bundel vol sterke gedichten is een mooie staalkaart van hun stemmen en kunnen.

Het thema ‘eilanden’ verbindt het geheel, al gebeurt dit af en toe ook met de losse pols. Het mooie is immers dat een dergelijk algemeen thema zowel een rode als een losse draad kan zijn. Poëzie houdt niet van te strenge restricties. Het is wel een prettige insteek. Als lezer haal je spontaan de atlas boven en zo wordt dit een rit met niet alleen poëtische maar ook geografische verkenningen. En er zullen nog andere dimensies het pad kruisen.

 

aan een verlaten kust kan je elk wild verhaal kwijt

niemand betrapt jouw dromen op een weeffout

op jouw hoede voor de inteelt van het eigen gelijk

verwelkom je de overzeese invloed


        (uit ‘Lanzarote’ van Wim Vandeleene)

Er zit een opmerkelijke eenheid in de bundel, wat toch bijzonder is voor een groep dichters. Misschien moet een verklaring worden gezocht in de correctie en bijsturing van elkaars werk. Met uitzondering van Reinout Verbeke staan de gedichten van de respectieve dichters kriskras door elkaar. Dat levert spanning en variatie op. Op die manier wordt ook het idee van een verzamelbundel wat opgebroken. Sommige poëtica’s leunen dicht tegen elkaar aan. Dat idee wordt nog verscherpt doordat vele dichters hier de hoofdletters en de interpuncties hebben afgezworen. En opmerkelijk: het zijn de vrouwen die het meest nadrukkelijk andere paden opzoeken.

Bezieler van Obsidiaan is Edward Hoornaert, de man van de nauwkeurige observatie. Zijn poëzie is knap verwoord met vaak sterke slotverzen (“geen grens meer trekken tussen binnenshuis / en buitenshuis, een plek zoeken die niemand ooit bezat”). Het is een genot om bijvoorbeeld het eiland Ometepe op te zoeken en dan de tekst ernaast te leggen. Dit soort dubbele ervaring zorgt echt wel voor een meerwaarde. Hij zoekt ook obscure uithoeken op, want “Eilanden van klein kaliber // verwelkomen ons als gasten van goeden huize.

De poëtica van Steven Van Der Heyden leunt daar wel bij aan. Zijn minutieus opgebouwde gedichten zijn wat klassieker van opbouw en plechtiger, maar worden altijd gekenmerkt door een rijk taalvermogen.

voor de wal luisteren zeehonden op banken

naar eilander taal die zingt over oude dromen

zorgvuldig bewaard onder eeuwenoude zadeldaken

van een dorp met streken


(Uit ‘Schiermonnikoog’)

Met onder meer een gedicht over Nelson Mandela op Robbeneiland of over de leprakolonie Spinalonga (“Gekooid kunnen we niets dan luisteren / naar wat aflandige wind brengt”) bouwt hij tevens een brug naar maatschappelijke toestanden; nog een extra dimensie dus.

De gedichten van Reinout Verbeke zijn wat cryptischer. Dit is een dichter die het mysterie omarmt en zich niet toevallig vastbijt in het begin der tijden (zie de gedichten ‘Gondwana’, ‘Avalonië’ of ‘Pangea’)

Pangea

//

We gingen aan de vloedlijn liggen

en zogen de oceaan leeg

//

Het laken schoof langzaam weg

en we zagen: het dal liep dieper

de vlakte waarop we waren

uitgekeken bleek een top

//

Wie we een eiland hadden genoemd

zit nu aan onze voeten, komt rechtop

en raakt onze bovenarm aan

//

we delen voedsel en worden warm

We delen vuur en vinden de route

die viervoeters al hadden platgetreden

Geert Viaene schrijft fraaie beeldende gedichten, filmisch zelfs. Hij verbreedt het speelveld ook mooi naar de klimaatproblematiek:

de oceaanwoestijnen breiden almaar

verder uit, we verliezen grip, krijgen

//

helder in beeld het spatten van verkleurde

berenpoten in zwarte blubbersneeuw

Teloorgang is een beetje een rode draad in deze sterke poëzie.

Wim Vandeleene is de scherpslijper van het juiste woord, wat tot heel fraaie gedichten leidt.

aan de kaap houdt permafrost gasbellen vast, als oude adem

onder de spiegel dreigt een blauwe gletsjertong

//

schaarse weelde trekt rendieren aan

fjorden snijden ons eiland in rafels

Hij is ook niet te benauwd om eilanden te laten ontstaan: “waar platen botsen, werpt een vulkaan zich op / met onderaards gegrom, stoom, puin / het rode braaksel van aardse ingewanden / tot een eiland aan het licht komt. In de slotakkoorden van zijn gedichten laat hij ook al eens een kritische noot toe. Zo mondt ‘Dubai’ uit in “zelfbestuivers en renteniers van de grote getallen / in het midden van hun speelveld staan ze te blinken”.

Zoals eerder aangehaald wijken de vrouwen in het gezelschap vormelijk af van de patronen door de anderen uitgetekend. Zo zorgt Ann Van Dessel voor geslaagde vormexperimenten Vooral het beeldgedicht ‘Ei’ springt eruit. Zij vult het begrip eiland in met een ruimere interpretatie en dat mag. ‘Eiland van smaragd’ is een zeer geslaagde vrije omzetting van een gedicht van Sharon McErlane:

tot een eiland opgroeit onder

je voeten. leg je ziel in het land

en teken met een stok je zending

in de bedding uit. ga dan.

Tenslotte moeten we het stellen met slechts twee gedichten van Tania Verhelst, maar alleen al het lange en schitterende ‘Penelope’ is de aanschaf van de bundel waard. Het is speels, wijs en pijnlijk tegelijk en die speelsheid vindt een vormelijke pendant in de doorlopende versregels en enjambementen over de strofen heen:

(…) weet je / wat ik soms denk odysseus dat jij nooit bent weggeweest dat je jarenlang / in de achtertuin van kalypso hebt gebivakkeerd –  kalypso mijn god jij zei / dat het // aan haar lag dat zij je niet liet gaan dat was het toppunt jij hebt troje / verslaan en alle wereldzeeën // overwonnen maar je was weerloos tegenover die ene vrouw die jou niet liet gaan”.

Ondanks de verschillen is het knappe aan deze bundel toch de eenheid. Dit is een collectief dat elkaar goed gevonden heeft en dat ook op papier onderstreept met een kwalitatief sterke bundel. De Vlaamse poëzie leeft wel degelijk. Het belang van Uitgeverij P hierin kan niet worden onderschat, dat mag ook wel eens worden gezegd.

 

© Daniël Franck 


Veelvoud van een eiland - Dichterscollectief Obsidiaan, Uitgeverij P, 2024, ISBN 978-94-64757-57-6)


De Obsidiaan-dichters van 'Veelvoud van een eiland' bij de voorstelling
van de bundel op 5/2/2025 in de boekhandel De Reyghere in Brugge.
Vlnr Geert Viaene, Steven Van Der Heyden, Wim Vandeleene, Ann
Van Dessel, Reinout Verbeke, Edward Hoornaert en Tania Verhelst


Veelvoud van een eiland bij Uitgeverij P.

Veelvoud van een eiland op Roer.me

Dichterscollectief Obsidiaan 

Veelvoud van een eiland – De voorstelling

Geen opmerkingen: