Daniël Franck over ‘Veelvoud van een eiland’ van het dichterscollectief Obsidiaan
er is geen weg dan de weg naar zee
Het dichterscollectief Obsidiaan presenteert zich als een open labo voor poëzie waar de dichters via allerlei projecten elkaars creativiteit stimuleren. Het collectief ontwikkelde een eigen podium ‘Roes!’ en een online platform ‘Roer’. De dichters die er deel van uitmaken geven al enige tijd mee het Vlaamse poëzielandschap kleur en inhoud. Met ‘Veelvoud van een eiland’ leveren Edward Hoornaert, Ann Van Dessel, Wim Vandeleene, Steven Van der Heyden, Reinout Verbeke, Tania Verhelst en Geert Viaene nu een tastbaar resultaat af. Deze bundel vol sterke gedichten is een mooie staalkaart van hun stemmen en kunnen.
Het
thema ‘eilanden’ verbindt het geheel, al gebeurt dit af en toe ook met de losse
pols. Het mooie is immers dat een dergelijk algemeen thema zowel een rode als
een losse draad kan zijn. Poëzie houdt niet van te strenge restricties. Het is
wel een prettige insteek. Als lezer haal je spontaan de atlas boven en zo wordt
dit een rit met niet alleen poëtische maar ook geografische verkenningen. En er
zullen nog andere dimensies het pad kruisen.
aan een verlaten kust kan
je elk wild verhaal kwijt
niemand betrapt jouw
dromen op een weeffout
op jouw hoede voor de
inteelt van het eigen gelijk
verwelkom je de overzeese
invloed
(uit ‘Lanzarote’ van Wim Vandeleene)
Er zit een opmerkelijke eenheid in de bundel, wat toch bijzonder is voor een groep dichters. Misschien moet een verklaring worden gezocht in de correctie en bijsturing van elkaars werk. Met uitzondering van Reinout Verbeke staan de gedichten van de respectieve dichters kriskras door elkaar. Dat levert spanning en variatie op. Op die manier wordt ook het idee van een verzamelbundel wat opgebroken. Sommige poëtica’s leunen dicht tegen elkaar aan. Dat idee wordt nog verscherpt doordat vele dichters hier de hoofdletters en de interpuncties hebben afgezworen. En opmerkelijk: het zijn de vrouwen die het meest nadrukkelijk andere paden opzoeken.
Bezieler van Obsidiaan is Edward Hoornaert, de man van de nauwkeurige observatie. Zijn poëzie is knap verwoord met vaak sterke slotverzen (“geen grens meer trekken tussen binnenshuis / en buitenshuis, een plek zoeken die niemand ooit bezat”). Het is een genot om bijvoorbeeld het eiland Ometepe op te zoeken en dan de tekst ernaast te leggen. Dit soort dubbele ervaring zorgt echt wel voor een meerwaarde. Hij zoekt ook obscure uithoeken op, want “Eilanden van klein kaliber // verwelkomen ons als gasten van goeden huize.”
De
poëtica van Steven Van Der Heyden leunt daar wel bij aan. Zijn minutieus
opgebouwde gedichten zijn wat klassieker van opbouw en plechtiger, maar worden
altijd gekenmerkt door een rijk taalvermogen.
voor de wal luisteren zeehonden
op banken
naar eilander taal die
zingt over oude dromen
zorgvuldig bewaard onder
eeuwenoude zadeldaken
van een dorp met streken
(Uit
‘Schiermonnikoog’)
Met onder meer een gedicht over Nelson Mandela op Robbeneiland of over de leprakolonie Spinalonga (“Gekooid kunnen we niets dan luisteren / naar wat aflandige wind brengt”) bouwt hij tevens een brug naar maatschappelijke toestanden; nog een extra dimensie dus.
De
gedichten van Reinout Verbeke zijn wat cryptischer. Dit is een dichter
die het mysterie omarmt en zich niet toevallig vastbijt in het begin der tijden
(zie de gedichten ‘Gondwana’, ‘Avalonië’ of ‘Pangea’)
Pangea
//
We gingen aan de
vloedlijn liggen
en zogen de oceaan leeg
//
Het laken schoof langzaam
weg
en we zagen: het dal liep
dieper
de vlakte waarop we waren
uitgekeken bleek een top
//
Wie we een eiland hadden
genoemd
zit nu aan onze voeten,
komt rechtop
en raakt onze bovenarm
aan
//
we delen voedsel en worden
warm
We delen vuur en vinden
de route
die viervoeters al hadden platgetreden
de oceaanwoestijnen
breiden almaar
verder uit, we verliezen
grip, krijgen
//
helder in beeld het
spatten van verkleurde
berenpoten in zwarte
blubbersneeuw
Teloorgang is een beetje een rode draad in deze sterke poëzie.
Wim
Vandeleene is de scherpslijper van het juiste woord, wat tot
heel fraaie gedichten leidt.
aan de kaap houdt
permafrost gasbellen vast, als oude adem
onder de spiegel dreigt
een blauwe gletsjertong
//
schaarse weelde trekt
rendieren aan
fjorden snijden ons
eiland in rafels
Hij is ook niet te benauwd om eilanden te laten ontstaan: “waar platen botsen, werpt een vulkaan zich op / met onderaards gegrom, stoom, puin / het rode braaksel van aardse ingewanden / tot een eiland aan het licht komt. In de slotakkoorden van zijn gedichten laat hij ook al eens een kritische noot toe. Zo mondt ‘Dubai’ uit in “zelfbestuivers en renteniers van de grote getallen / in het midden van hun speelveld staan ze te blinken”.
Zoals
eerder aangehaald wijken de vrouwen in het gezelschap vormelijk af van de
patronen door de anderen uitgetekend. Zo zorgt Ann Van Dessel voor geslaagde
vormexperimenten Vooral het beeldgedicht ‘Ei’ springt eruit. Zij vult het
begrip eiland in met een ruimere interpretatie en dat mag. ‘Eiland van smaragd’
is een zeer geslaagde vrije omzetting van een gedicht van Sharon McErlane:
tot een eiland opgroeit
onder
je voeten. leg je ziel in
het land
en teken met een stok je
zending
in de bedding uit. ga dan.
Tenslotte
moeten we het stellen met slechts twee gedichten van Tania Verhelst, maar
alleen al het lange en schitterende ‘Penelope’ is de aanschaf van de bundel
waard. Het is speels, wijs en pijnlijk tegelijk en die speelsheid vindt een vormelijke
pendant in de doorlopende versregels en enjambementen over de strofen heen:
“(…) weet je / wat ik soms denk odysseus dat jij nooit bent weggeweest dat je jarenlang / in de achtertuin van kalypso hebt gebivakkeerd – kalypso mijn god jij zei / dat het // aan haar lag dat zij je niet liet gaan dat was het toppunt jij hebt troje / verslaan en alle wereldzeeën // overwonnen maar je was weerloos tegenover die ene vrouw die jou niet liet gaan”.
Ondanks
de verschillen is het knappe aan deze bundel toch de eenheid. Dit is een
collectief dat elkaar goed gevonden heeft en dat ook op papier onderstreept met
een kwalitatief sterke bundel. De Vlaamse poëzie leeft wel degelijk. Het belang
van Uitgeverij P hierin kan niet worden onderschat, dat mag ook wel eens worden
gezegd.
Veelvoud
van een eiland - Dichterscollectief Obsidiaan, Uitgeverij
P, 2024, ISBN 978-94-64757-57-6)
Veelvoud van een eiland bij Uitgeverij P.
Veelvoud van een eiland op Roer.me
Dichterscollectief Obsidiaan
Veelvoud van een eiland – De voorstelling
Geen opmerkingen:
Een reactie posten