woensdag 26 november 2025

'Jaarwerk MMXXV' - het nieuwe jaarboek van de VWS is verschenen!

Kaftontwerp Renaat Ramon - Redactie Koen D'Haene 
en Paul Rigolle  

 

De Vereniging voor West-Vlaamse Schrijvers (VWS)(voor al wie van boeken en lezen houdt) is wellicht na de VVL (Vereniging van Vlaamse Letterkundigen) de oudste literaire vereniging van het land. Ze werd opgericht in 1961 en eigenlijk zijn de doelstellingen en betrachtingen merkwaardig genoeg nog steeds niet verouderd! Wikipedia zegt daarover immers het volgende:

"Op 13 mei 1961 werd de VWS gesticht in het Hotel Portinari in Brugge door Fernand Bonneure, Paul de Wispelaere, Jaak Fontier, Marcel Matthijs, Ria Scarphout, Jan van der Hoeven, Jan Vercammen, Albert Vermeire en Staf Weyts als pluralistische vereniging, open van geest, wars van verzuiling en levensbeschouwelijke overtuigingen, ver van politiek en sociale klassen. Iedereen was welkom, zonder taboe, noch artistieke of literaire dwang. De definitie van wie een schrijver was werd zeer ruim ingevuld."

Nadat de vereniging jarenlang 6 essays per jaar over West-Vlaamse auteurs of in West-Vlaanderen wonende auteurs liet verschijnen geeft ze, nadat de Provinciale steun helemaal wegviel, elk jaar een jaarboek uit. Dit jaar is men met 'Jaarwerk MMXXV' aan de elfde editie toe. Het boek bevat zoals elk jaar voor elk wat wils. Hieronder volgt de inhoudstafel en een toelichting van VWS-mede-eindredacteur en tevens eindredacteur van De Schaal van Digther Paul Rigolle.


De inhoud van het jaarboek over 2025 

'Jaarwerk MMXXV'

"Voor al wie van boeken en lezen houdt"

* Woord vooraf - Paul Rigolle

* De vloek is gans het volk - Gastcolumn Geert Six

* De zachte kracht van Lara Taveirne 
   Lara Taveirne wint VWS-prijs 2025 - Marieke de Maré

* De dwang om rechtop te staan - Zes West-Vlaamse dichters - Alain  Delmotte

* Een drilboor naar de duistere drijfveren van het menselijk handelen 
Gaston Duribreux’ Tussen duivel en diepzee onder de loep - Stefaan Pennynck

* Strijd voor vrijheid - Over de dichter Kamiel Top - Kathelyn Vervarcke

* Op de toppen van de kunst - 20 jaar lente:  ART 04  en  Toverberg - Renaat Ramon

* Piëdestal - Het mooiste van West-Vlaamse schrijvers dat wij lazen Koen D’haene en Paul Rigolle - Met bijdragen van Dominique Albert Lietaer, Femke Vindevogel, Frederik De Laere, Jonas Bruyneel, Martine Vandermaes, Philippe Cailliau, Jan Stoel en Pierrette Coffrée.

* 10 jaar JaarwerkOverzicht en register 2014-2024 - Koen D’haene

* Over de medewerkers aan dit jaarboek


De toespraak van mede-eindredacteur Paul Rigolle bij de voorstelling op vrijdag 21 November 2025.

Goeie avond beste vrienden van het boek en van de literatuur, vrienden van de VWS en van het leven tout court. Goeie avond ook Lara, die we hier straks uitgebreid mogen fêteren en die –
ik benijd haar nu al - hier vandaan zal gaan met alweer een prachtige trofee van ons aller Renaat Ramon. Welkom dus! Vanavond heb ik namens het bestuur het genoegen om jullie het nieuwe jaarboek voor 2025 voor te stellen. We zijn na het tienjarig lustrum ondertussen aan de elfde editie toe. Het blijft snel gaan in het leven, en in de literatuur.

Alweer hebben we met de maand november het schemerlicht van het jaar bereikt. Een uitstekend moment om jullie ‘Jaarwerk MMXXV’ voor te leggen. Voor al wie van boeken en van lezen houdt! Ook dit Jaarboek bevat voor elk wat wils. De taal kent immers veel vormen en verscheidenheid en daarvan brengt elk VWS-jaarboek graag verslag uit. Het zijn ondertussen, dat weten en beseffen we met zijn allen, moeilijke en knellende tijden geworden. Op veel plaatsen staat de wereld in brand. En waar het niet brandt slaat vaker dan ons lief is de moedeloosheid toe. Het belet niet dat we met de VWS blijven geloven dat ook dit prangend tijdsgewricht niet zonder de creatieve inbreng kan van zij die lezen en schrijven. Als verweermiddel. Als soelaas. Als troost.

Dat beseft ook onze gastcolumnist Geert Six die met zijn column ‘De vloek is gans het volk’ het jaarboek opent. Over de taal die de zijne, en ook de onze is, zegt hij: “Ze schrijft zich in in het hier en nu, ze zegt altijd iets over deze tijd. Dat is zelfs een uitgangspunt. Ze reflecteert over de huidige gang van zaken. Dat is meestal geen mooi portret. De wereld is tegenwoordig een lelijke real life show geworden… 
De realiteit meandert inderdaad altijd mee in wat we schrijven.

Toekomst is een lastig woord geworden’ citeert Alain Delmotte, ook al in de teneur van de tijd, de dichteres Siel Verhanneman. In zijn stuk met als titel ‘De dwang om rechtop te staan’ bespreekt hij samen met haar nieuwste dichtbundel ook de boeiende recente poëzie van vijf andere vrouwelijke West-Vlaamse dichters. Het zijn Ludwien Veranneman, Lieve Desmet, Hanna Kirsten, Astrid Haerens en Myriem El-Kaddouri die net als Siel Verhanneman vol woordverve nieuw werk presenteerden. Alleen al om deze indringende bijdrage van Alain Delmotte mag elke lezer die van poëzie houdt dit jaarboek niet missen.

Voor 2025 gaat de VWS-prijs naar niemand minder dan Lara Taveirne. Collega Marieke de Maré met wie ze nog dit voorjaar de verhalenbundel ‘Het glinstert’ publiceerde schrijft het laudatio. In ‘De zachte kracht van Lara Taveirne’ peilt ze onder meer naar het vermogen van onze laureaat om van rauw verlies een verhaal te maken dat anderen optilt. En dat is een reden om te vieren!

In elk jaarboek mogen enkele bijdragen over ons rijke literaire erfgoed niet ontbreken. Kathelyn Vervarcke heeft er een missie van gemaakt om vergeten verhalen uit de rafelranden van de geschiedenis te halen. In ‘Strijd voor vrijheid’ staat ze stil bij leven en werk van de vergeten dichter Kamiel Top die op 21-jarige leeftijd in 1945 omkwam in het concentratiekamp van Flossenburg.

Een tweede erfgoedbijdrage is van de hand van Stefaan Pennynck. Hij neemt in zijn artikel ‘Een drilboor naar de duistere drijfveren van het menselijk handelen’ nog ‘s de bekende roman van Gaston Duribreux ‘Tussen duivel en diepzee’ onder de loep. De roman uit 1953 voldoet volledig aan het kenmerk van goeie literatuur: write local, think global.

Renaat Ramon zorgt op zijn beurt voor een intrigerende bijdrage met als titel  ‘Op de toppen van de kunst. Met als noemer ’20 jaar lente’ zoomt hij in op de verdienstelijke tijdschriften ART04 en Toverberg.


Ook dit jaarboek kan niet zonder de rubriek Piëdestal. Daarin peilen Koen D’Haene en ikzelf naar het mooiste van West-Vlaamse schrijvers dat andere schrijvers en lezers lazen en schreven. De welluidende stemmen in deze rubriek vormen dit jaar een ware keurtroep die bestaat uit: Dominique Albert Lietaer, Femke Vindevogel, Frederik De Laere, Jonas Bruyneel, Martine Vandermaes, Philippe Cailliau, Jan Stoel en Pierrette COffrée.

Tot slot vonden we het passend om in dit elfde jaarboek terug te blikken op de voorbije tien jaar en besluiten dit jaarboek met de inhoudstafel van de tien eerste jaarboeken.
Ik wens jullie samen met het voltallige bestuur alvast veel leesgenot met ‘Jaarwerk MMXXV’. En volgend jaar zijn we er bij leven en welzijn opnieuw!

Paul Rigolle,
Co-eindredacteur.

Brugge, Vrijdag 21 November 2025.


Meer info over het Jaarboek 2025 en het Lidmaatschap van de VWS:


Alle info over de vereniging en over het bestellen van het  jaarboek: p.a. secretaris Georges Hoet, Maria Van Bourgondië 24, 8820 Torhout.
georges.hoet@skynet.be


VWS-prijs 2025 voor Lara Taveirne

Renaat Ramon en Lara Taveirne onthullen

De VWS (Vereniging van West-Vlaamse schrijvers) reikte op vrijdag 21 november 2025 in de Gotische zaal van het Brugse Stadhuis haar jaarlijkse VWS-prijs uit. Dit al voor de elfde keer. Laureaat was - geheel en al verdiend - de Brugse auteur Lara Taveirne. Haar West-Vlaamse voorgangers die eerder de prijs mochten ontvangen waren:

2015: Walter Haesaert - Uitreiking in Tielt - Jaarwerk MMXV
2016: Willy Spillebeen - Uitreiking in Menen - Jaarwerk MMXVI
2017: Luuk Gruwez - Uitreiking in Poperinge - Jaarwerk MMXVII
2018: Kristien Dieltiens - Uitreiking in Beernem - Jaarwerk MMXVIII
2019: Patrick Lateur - Uitreiking in Waregem - Jaarwerk MMXIX
2020: Hedwig Speliers - Uitreiking ten huize (Corona-regels) - Jaarwerk MMXX
2021: Herman Leenders - Uitreiking in Ruiselede - Jaarwerk MMXXI
2022: Bart Vonck - Uitreiking in Oostende - Jaarwerk MMXXII
2023: Peter Terrin - Uitreiking in Roeselare - Jaarwerk MMXXIII
2024: Bart Moeyaert - Uitreiking in Brugge - Jaarwerk MMXXIV
.../...

2025: Lara Taveirne - Uitreiking in Brugge - Jaarwerk MMXXV

Het wordt daar bij de VWS voorwaar een aardig lijstje van talentvolle en bekroonde auteurs en dichters!!!

Je kunt ondertussen ook het sprankelende dankwoord van Lara nalezen via dit VWS-blogbericht.

Lara Taveirne debuteerde als romanschrijfster met ‘De kinderen van Calais’ in het jaar 2014. Dit boek kreeg in 2025 onder de titel ‘Meisjes van krijt’ een boeiende make-over en kan eigenlijk beschouwd worden als een gloednieuwe roman. Vandaar ook de nieuwe titel. In 2025 publiceerde ze nog samen met Marieke De Maré, met wie zij in de periode 2023-2025 in Brugge het stadsschrijversschap deelde, ‘Het glinstert, een verzameling van de verhalen die beide schrijfsters optekenden tijdens hun wandel- en dwaaltochten door de stad.

Voordien waren er nog de romans Hotel zonder sterren (2015), De leraar die mijn leven veranderde (als co-auteur) (2016), Kerkhofblommenstraat (2018), Pluto (2021) en het ontroerende boek Wolf (2024) dat haar definitief en met extra-gloed op de literaire kaart zette.

Meer info over de uitreiking van de prijs vind je via dit bericht.
Een erg mooi laudatio van Marieke De Maré kun je vanaf dit weekend nalezen in "Jaarwerk 2025", het nieuwe jaarboek van de VWS.

Meer info:
Blog van de VWS
Wikipedia-pagina van de VWS
Wikipedia-pagina van Lara Taveirne 
Foto's via dit FB-bericht van de VWS

(P.R.)
Dankwoord Lara


Laudatio Marieke De Maré

Marieke De Maré

Interview van Jooris Van Hulle

Lara signeert

Het VWS-bestuur anno 2025



zaterdag 22 november 2025

De zelfzoheid van de dingen - Antoon Van den Braembussche

De zelfzoheid van de dingen 
bij een schilderij van Jean de Groote


I

Als je stil om je heen kijkt  
dan pas zie je wat het ding
tot ding maakt.

Want schilderen is hier aandacht,
in de onvervreemdbare,
kleine, besloten ruimte:
het godverlaten atelier.

De schilder: een monnik
die mediteert
zichzelf vergeet,
met oneindig geduld 
zijn blik op de dingen richt.

Tot hij erin verdwijnt
en het ding zich al schilderend
langzaam prijsgeeft
ontstaat,
opnieuw geboren wordt. 

Het ding zoals wij het
nog nooit hebben gezien.
Het ding als zodanig. 

Das Ding an sich.

II

Als je goed kijkt 
dan ontdek je
elk ding zoals het werkelijk is. 

Het onzichtbare,
het geheim, de inherente stilte
van het gewone ding
waar we dag in dag uit
achteloos aan voorbijgaan.

Nu zie je pas voor het eerst
een kartonnen doos,
een lichtschakelaar,
een witte teil.

III

Als je goed kijkt
dan zie je pas de dingen
zoals je ze nog nooit hebt gezien. 

Want nooit zien wij de dingen
in hun vanzelfsprekende, naakte,
absolute aanwezigheid. 

Het ding zoals het voorafgaat aan
denken en doen,
aan elke projectie,
naamloos, aanstekelijk en subliem.

IV

Als je stil bent
dan zie je dingen onmiddellijk,
onuitputtelijk nabij.
 

En tegelijk: unheimlich.
Onuitsprekelijk.

Nu pas word je al kijkend langzaam
een deurklink, een brood, een rode schoen,
een stoel, een goudvis, een twijgje, een lamp. 

Het is alsof wij niet langer
de dingen bekijken
maar de dingen zichzelf zien
in de echokamers van ons oog. 

Niet langer is er waarnemer en ding,
Waarnemer en ding zijn één geworden. 

En de dingen zelf?
De dingen schitteren in hun absolute leegte. 

Sacraal in de stilte van het atelier,
Sacraal in de stilte van het licht.

© Antoon Van den Braembussche


Schilderij van Jean De Groote: Zelfzoheid

donderdag 20 november 2025

Gewoon bijzonder: Dana en Michael - Patrick Cornillie


 

Dana en Michael

De paarse aubergine, de blos op een
tomaat: wie heeft dat op een keer bedacht,
wie ontwierp dat in godsnaam allemaal?
Of nog: het slanke, elegante van asperges.
En boontjes die dromen van prinsessen.

Wonderbaarlijk ook de abrikoos zo rond,
de kers zo rood. Het blauw van bosbessen,
de zon in een tros druiven, de zachtgele ziel
van de passievrucht. En de nobele ananas,
het gekroonde hoofd van elke fruitschaal.

Het zijn dat soort zaken waar ik als
bijzondere kok niet op uitgekeken raak.

Wie dat ooit zo uitgevonden heeft,
was ontegensprekelijk een mens met smaak.

© Patrick Cornillie

Uit de nieuwe bijzondere bundel van Patrick Cornilllie  Gewoon bijzonder’ (Bibliodroom, 56 blz., 20 euro). De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende EN IS ENKEL ALDAAR VERKRIJGBAAR (niet in de reguliere boekhandel) – eventueel ook via de auteur.   

Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende

Er is een bijzondere voorstelling van de bundel op maandag 24 November 2025 om 16:00 u. op het adres van Lizette & Lucien (op uitnodiging).

Het programma:

*Verwelkoming door Joke Houdendijcke, namens de vzw Duinhelm (centrum voor begeleiding voor personen met een voornamelijk, verstandelijke beperking);

*Els Meerschaert verduidelijkt waarom dit bijzonder project de steun geniet van CERA;

*Alain Delmotte, voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, brengt een korte toelichting bij de bundel;

*Johan Vergote, uitgever, overhandigt het eerste exemplaar aan auteur Patrick Cornillie en de fotografen Charlotte Willem en Wouter Taveirne.

Tussendoor zullen bijzondere medewerkers van Lizette & Lucien enkele gedichten uit de bundel voorlezen.

‘Gewoon bijzonder’ (gedichten van Patrick Cornillie, foto’s van Charlotte Willem en Wouter Taveirne – Uitg. Bibliodroom – 56 blz., 20 euro)

De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien, een soep- en lunchbar die mensen met een beperking de mogelijkheid biedt om mee te werken in een reguliere horecazaak.

 


woensdag 19 november 2025

Gewoon bijzonder: Hannah - Patrick Cornillie





Hannah

Een dekselse meid ben ik, in de ban van
cimbalen en andere slagwerkinstrumenten.
Een percussionist op borden en glazen,
stoofpot en bakplaat, schotels en schalen.

Een drommelse meid ben ik, acrobaat
met pannenlikker, spatel en schuimspaan.
De trommelaar van dienst, de grosse-caisse
in de Fanfare van Honger en Dorst.

Of wat dacht u van een jamsessie met fruitpers
en groenterasp? Van een drumsolo met
klopper en pollepel op slazwierder en vergiet?

Een entertainer ben ik, een kunstenaar,
showartiest die elke dag van het leven geniet.
En dat in al de maten van het mogelijke.


© Patrick Cornillie

Uit de nieuwe bijzondere bundel van Patrick Cornilllie  Gewoon bijzonder’ (Bibliodroom, 56 blz., 20 euro). De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende EN IS ENKEL ALDAAR VERKRIJGBAAR (niet in de reguliere boekhandel) – eventueel ook via de auteur.   

Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende

Er is een bijzondere voorstelling van de bundel op maandag 24 November 2025 om 16:00 u. op het adres van Lizette & Lucien (op uitnodiging).

Het programma:

*Verwelkoming door Joke Houdendijcke, namens de vzw Duinhelm (centrum voor begeleiding voor personen met een voornamelijk, verstandelijke beperking);

*Els Meerschaert verduidelijkt waarom dit bijzonder project de steun geniet van CERA;

*Alain Delmotte, voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, brengt een korte toelichting bij de bundel;

*Johan Vergote, uitgever, overhandigt het eerste exemplaar aan auteur Patrick Cornillie en de fotografen Charlotte Willem en Wouter Taveirne.

Tussendoor zullen bijzondere medewerkers van Lizette & Lucien enkele gedichten uit de bundel voorlezen.

‘Gewoon bijzonder’ (gedichten van Patrick Cornillie, foto’s van Charlotte Willem en Wouter Taveirne – Uitg. Bibliodroom – 56 blz., 20 euro)

De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien, een soep- en lunchbar die mensen met een beperking de mogelijkheid biedt om mee te werken in een reguliere horecazaak.

 


dinsdag 18 november 2025

Gewoon bijzonder: Grietje - Patrick Cornillie



Grietje

Een bord garneren is een croque dresseren
met beenham, gefrituurde ui, een streepje
sriracha. Of met gegrilde groenten, pesto, feta.

Een bord garneren is ongebreideld fantaseren
rond boterhammen en brie, paprika, halloumi.
Is goochelen met de texturen van radicchio,
rode bietscheuten en rucola, met de kleuren
van kerstomaat, druifjes, meloen en aardbei.

Want een bord garneren is rijkelijk decoreren
– eten is voor mond- én ogen een festijn. Aldus
hoor je een lunch te presenteren als een schilderij.

Een bord garneren is een beetje bijna Ensor zijn.


© Patrick Cornillie

Uit de nieuwe bijzondere bundel van Patrick Cornilllie  Gewoon bijzonder’ (Bibliodroom, 56 blz., 20 euro). De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende EN IS ENKEL ALDAAR VERKRIJGBAAR (niet in de reguliere boekhandel) – eventueel ook via de auteur.   

Lizette & Lucien (vzw Duinhelm) in Oostende

Er is een bijzondere voorstelling van de bundel op maandag 24 November 2025 om 16:00 u. op het adres van Lizette & Lucien (op uitnodiging).

Het programma:

*Verwelkoming door Joke Houdendijcke, namens de vzw Duinhelm (centrum voor begeleiding voor personen met een voornamelijk, verstandelijke beperking);

*Els Meerschaert verduidelijkt waarom dit bijzonder project de steun geniet van CERA;

*Alain Delmotte, voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, brengt een korte toelichting bij de bundel;

*Johan Vergote, uitgever, overhandigt het eerste exemplaar aan auteur Patrick Cornillie en de fotografen Charlotte Willem en Wouter Taveirne.

Tussendoor zullen bijzondere medewerkers van Lizette & Lucien enkele gedichten uit de bundel voorlezen.

‘Gewoon bijzonder’ (gedichten van Patrick Cornillie, foto’s van Charlotte Willem en Wouter Taveirne – Uitg. Bibliodroom – 56 blz., 20 euro)

De bundel wordt uitgegeven ten bate van Lizette & Lucien, een soep- en lunchbar die mensen met een beperking de mogelijkheid biedt om mee te werken in een reguliere horecazaak.

 


maandag 17 november 2025

Als vel te strak zit - Lotje Steins Bisschop

Als vel te strak zit

1.

Er is een Brit dood in zijn slaapkamer gevonden. Volgens de lijkschouwer was zijn drie meter lange python niet van plan om hem te wurgen: het beest wilde knuffelen, maar was tijdens het ‘omhelzen’ ergens van geschrokken. Ik leg de krant op mijn bureau. De man had de slang al vanaf het moment dat hij uit het ei kwam – hij paste toen nog precies in het kommetje van zijn hand.

               ‘Ha lieverd!’ Mama stormt mijn kamer binnen, pakt me vast en drukt mijn hoofd tegen haar borst – omhelzen en verstikken ligt dicht bij elkaar.

               ‘Hoe ging het?’ De knoopjes van haar jurk schaven tegen mijn wang.

               Flarden van het tentamen schieten door mijn hoofd. Na de bevruchting heet een eicel een zygote. De embryonale fase duurt acht weken. Er zijn drie embryonale kiemlagen. Een mitotische moedercel is haploïd of diploïd. Cellen prolifereren, differentiëren, degenereren – pluripotente stamcellen kunnen nog van alles worden.

 ‘Goed,’ antwoord ik, onder mama’s armen door. ‘Mag ik nu weer ademen?’

Mama glimlacht en doet een stap naar achter. Ze kijkt naar mijn opgeknoopte T-shirt met een gezicht dat ze ook altijd trekt na haar eerste slok sinaasappelsap – ze poetst haar tanden altijd vóór het ontbijt.

‘Doe je shirt eens gewoon.’ Ze knijpt haar ogen samen.

‘Dit is gewoon.’

‘Ah.’ Mama draait zich om en loopt mijn kamer uit. Haar voetstappen doven langzaam uit.

Ik doe mijn haar los. Met een beetje spuug breng ik mijn krullen in model. Mijn shirt laat ik opgeknoopt. Als ik mijn buik in hou, zie je blokjes. Net als bij Britney Spears.

Nero trippelt naar me toe. Mijn knie krijgt kopjes, mijn scheenbeen wordt geaaid door zijn zachte, zwarte vacht. Ook Nero knijpt zijn ogen samen – maar bij katten is het een manier van glimlachen.

2.

Margriet zet haar fiets tegen de lantaarnpaal. Ze belt met een Jill, een van haar huisgenoten – ik kan haar helemaal hierboven horen. Niet alleen haar stem, alles aan Margriet is luid: luid als in plateauzolen met lichtjes en jumpsuits in schreeuwende kleurencombinaties – glitteroogschaduw-luid.

Ik wil iets naar haar roepen, maar mijn gebruikelijke ‘joehoe’ klinkt opeens te kinderlijk, en ‘ik kom eraan’ te afstandelijk. Besluiteloos blijf ik hangen in het open raam, ik wieg heen en weer tussen binnen en buiten. Mijn handen klem ik om de vensterbank, met de binnenkant van mijn polsen naar buiten. Ik vouw mijn vingers om de rand, net als vroeger om de rekstok. Iets in mij wil weer koppeltjeduikelen, met losse haren, truitjes die opkruipen en wangen die vuurrood worden – het is het deel van mezelf dat ook wil dat mama bewonderend klapt, al heeft ze mijn trucje al duizend keer gezien.

Ik kantel gevaarlijk naar voren. Mijn haar vol wax plakt als hard geworden lijm op mijn hoofd. Ik buig verder, de vensterbank drukt in mijn navel, mijn voeten komen van de grond.

Vogeltjes worden door hun moeder uit hun nest geduwd. Alleen degenen die sterk genoeg zijn, blijven leven.

Toen ik vertelde dat ik een kamer had, zei mama niks, ze tikte alleen met haar vingers op de ontbijttafel. Elke keer als ze haar vingers optilde, glibberden haar aders als blauwe slangetjes over haar handrug.

‘Belachelijk veel geld voor zo’n ruimte,’ zuchtte ze uiteindelijk en ze legde de foto’s weg.

Ik zette mijn kopje met een harde klap op tafel neer. De mouw van mijn trui kreeg drie kleine koffie-moedervlekjes.

‘Het is ook nooit goed!’ gilde ik. ‘Het is of te duur, of te klein, of te vies…’ Mijn stem sloeg over. ‘Ik ga echt niet eeuwig bij jou wonen!’ Het was de eerste keer dat ik het uitsprak. Of nou ja, uitschreeuwde. Alsof ik afgelopen jaar met elk studiepunt de navelstreng verder had doorgeknipt, en nu voor het eerst zelfstandig ademde. Terugdraaien kon niet meer, ik had mijn geboortekreet al geslaakt: Apgar-score tien uit tien.

               Mama keek naar haar bord, mijn geschreeuw galmde nog na, als de echo van het geweerschot in Bambi – die ene, onvermijdelijke kogel waarmee moeder en Bambi definitief van elkaar gescheiden worden.

‘Dit keer ga ik mam,’ zei ik en ik liep met wankele Bambi-pootjes de keuken uit.

3.

Red Bull. Wodka Red Bull. Wodka. Alles stroomt. 

Een jongen die ik niet ken deelt Flugel-shotjes uit. Margriet klokt het roze drankje in één keer naar binnen. Daarna schudt ze haar donkerbruine haar naar achter en zet ze het gele dopje op haar neus. Met haar tanden draait ze een nieuw flesje open. Ze hupst naar me toe, als een merel met een klein geel snaveltje.

‘Nu jij Em!’ Ze gooit de Flugel-worm naar mij.

Ik laat hem uit elkaar spatten op de bar. Op mijn shirt zit een roze vlek.

‘Ik vraag wel even een nieuwe,’ giechelt ze. Ze draait zich om, maar een van haar kunstacademie-vrienden trekt haar de andere kant op. Op de dansvloer tjilpen ze samen mee met André Hazes. Ze stampen op de grond tot er nieuwe regenwormen komen.

‘Jij bent Emma toch?’

Ik knik. Hij heeft een vriendelijk gezicht.

‘Ik had je hier al een paar keer gezien, met haar.’ Hij wijst naar Margriet, die inmiddels omringd is door hossende studenten. Haar armen zwaaien heen en weer op het ritme van de muziek.

Ik schommel mee op mijn kruk.

‘Woon je hier in de buurt?’

Ik schud mijn hoofd. Het café wiebelt. Flessen drank dobberen achter de bar, de zilveren tap heeft de vorm van een zwanenhals.

Hij glimlacht.

Ik lach terug. Zwanen blijven hun hele leven bij elkaar.

4.

Een plastic zakje danst over de stoep, een verfrommeld bonnetje zweeft er zigzaggend achteraan, mijn bezwete voorhoofd wordt zachtjes droog geblazen. Zelfs het bord bij de bushalte beweegt: de tijd trilt.

‘Em, wacht, ik ga met je mee!’ Margriet struikelt bijna over haar eigen voeten. ‘Hier,’ Ze propt mijn tas in mijn handen. ‘Die was je even vergeten toen je met Alex zat te flirten.’ Een knipoog. Haar mascara is een beetje uitgelopen. Een zweetdruppeltje glinstert in haar nek.

Ik slik de waterige smaak in mijn mond weg. Zoete mixdrankjessmaken tikken tegen mijn gehemelte, als poppende maiskorrels.

‘Waar zullen we snacken?’

Mijn temperatuur stijgt, de druk in de korrels neemt toe.

‘Zullen we naar De Vrijheid?’

Pop. De korrels krijgen een witte, schuimachtige structuur.

‘Em, gaat het wel?’

Pop. Pop. Pop. Tussenpauzen van een à twee seconden.

‘Je bent lijkbleek!’

Ik ren naar de bosjes en geef over.

Margriet gaat achter me staan. ‘Gadver. Hoeveel van die wodka Red Bull heb jij op?!’

‘Geen idee,’ ril ik.

‘Steek je vinger nog maar een keer in je keel, dan weet je zeker dat alles eruit is.’

‘Ja doei!’ Ik ril nog steeds, maar nu uit afschuw – maagsap is schadelijk voor het slokdarmepitheel.

               ‘Daarna voel je je beter, geloof me.’

Ik duw toch maar mijn vinger tegen mijn gehemelte en probeer niet te denken aan verschrompelde slijmvliezen, witte pusbellen of gesprongen bloedvaten – het leerboek staat vol met slokdarmfoto’s van patiënten met reflux-oesophagitis.

Margriet legt haar spijkerjasje om mijn schouders. ‘Beter toch?’ Ze klopt op mijn rug.

‘Ik denk het wel.’

Boven de takken dwarrelt een veertje in de lucht. Het zweeft horizontaal, als een smalende glimlach.

5.

Mijn handen klem ik om de bagagedrager, mijn voeten zweven over het asfalt. Langzaam voel ik weer grip, als een schip dat na een storm weer koers weet te houden. Margriets shirt bolt lichtjes op – het zeil vangt steeds meer wind. Op de top van de golf houden we even rust, dan beginnen de wielen vanzelf te draaien.

Ik laat de bagagedrager los, spreid mijn armen en strek mijn benen. De wielen draaien sneller, mijn armen worden twee reusachtige vleugels, de wielen blijven draaien, kriebels in mijn buik, nog sneller, de wind door mijn haren – we roetsjen, we glijden, we vliegen!

‘We zijn er Em!’

               Ik laat mijn armen zakken.

               Margriet zet haar fiets voor de hoofdingang van het appartementencomplex en loopt met me mee naar binnen. Ik sta met mijn rug naar haar toe en druk op de knop van de lift. De deuren schuiven open. In de hoek van de spiegels ontstaat een oneindige weerkaatsing van mezelf.

               ‘Doei,’ zegt ze.

‘Doei,’ zeggen al mijn ikken.

De deuren gaan dicht, ik stap naar links, mijn hoofden glijden langzaam weer in elkaar, als een trekharmonica die ingedrukt wordt tot een klein, smal pakketje.

6.

Mijn collegeblok ligt nog op mijn nachtkastje. Onder ‘Embryonale ontwikkeling blok vijf’ staat het medische symbool: een staf waar een slang omheen kronkelt. ‘De slang symboliseert de geneeskunst,’ zei professor Goedaert. ‘Door te vervellen wordt hij herboren, zoals patiënten die zijn genezen, ook herboren worden.’ Daarna ging hij over op de eerste inhoudelijke slide: het verschil tussen mitotische en meiotische celdelingen. 

De onderkant van het laken zit los, het matras plakt aan mijn kuiten. Ik rol op mijn zij, het laken rolt met me mee en vormt een beschermlaagje tussen mij en het plakmatras. Het kussen voelt zacht.

               Naast het collegeblok ligt het maansteenkettinkje dat ik van mama heb gekregen, mama gelooft dat maansteen een kalmerende werking heeft.

Ik doe mijn ogen dicht, mijn tenen friemelen met de lakens. Als ik het randje om mijn grote teen wikkel, schiet het laken nog meer los. Ik krul me op, rol door tot op mijn buik en wordt verder ingekapseld door de lakenstof. Mijn voorhoofd tikt zachtjes tegen het nachtkastje.

De maansteen ligt nu zo dichtbij dat ik er scheel van ga kijken: de steen transformeert in twee troebele, vaalblauwe rondjes, als de ogen van een slang vlak voordat het beest gaat vervellen. Ik kronkel heen en weer, steeds harder, totdat ik mezelf heb losgewoeld. Mijn katoenen vel ligt omgekeerd naast me – afgeworpen huid zit altijd binnenstebuiten.

© Lotje Steins Bisschop

Lotje Steins Bisschop bij "Papieren Helden"

 


zondag 16 november 2025

Rik Dereeper wint de Rob de Vos-prijs voor 2025



De Rob de Vos-prijs Editie 2025 van het e-zine Meander heeft haar geheimen prijsgegeven. Er werden dit jaar niet minder dan 643 (!) gedichten ingestuurd. Een record! Het thema 'Dwalen' sprak dus heel wat dichters uit diverse contreien aan. De jury bestond uit: Peter Vermaat / juryvoorzitter, Hettie Marzak (recensent), Tom Veys (dichter, recensent),    Marc Bruynseraede (dichter, schrijver, recensent), Anneruth Wibaut (dichter, schrijver, recensent) en Annet Zaagsma (dichter).

De winnaar blijkt een bekend prijsbeest par excellence te zijn, nl de West-Vlaming Rik Dereeper die eerder al tal van poëzieprijzen won.

Een tweede prijs was weggelegd voor Konrad Moerman (eerder al winnaar van de Poëzieprijs van de Stad Harelbeke) en een derde prijs was er voor Irene Schoenmacker. Er waren ook nog zeven andere genomineerden: Lydia Warners, Wilma van den Akker, Augustin Grenné, Johan Hadeke, Hans Rothuizen, Wasima Khan en Annika Cannaerts

Aan alle winnaars en genomineerden onze allerbeste Digtherlijke gelukwensen!

Het volledige juryrapport verschijnt op 8 december 2025 e.k.

Bericht: Winnaar Rob de Vos-prijs 2025

Blijf het volgen op de Meandersite!



zaterdag 15 november 2025

De stad trekt haar gevels op. Vijftien jaar dichterscollectief in Deinze!


Met de steun van Cultuursmakers viert het Donsai dichterscollectief op vrijdag 5 december 2025 in Deinze zijn 15-jarig bestaan! 

Het publiek kan afwisselend genieten van veelstemmige poëzie en poëtische chansons van Little Kim (bekend van ‘Ademhalen’ en ‘Moederland’, Kadril en Guido Belcanto). Tijdens een wervelende multimediale voordracht belicht Steven Van de Putte de rol van de hedendaagse stadsdichter, terwijl Roel Richelieu Van Londersele een eigenzinnige causerie houdt onder het motto ‘Waar leeft de poëzie?’.

Zangeres Little Kim met pianist Stan Vangheluwe steken onder anderen Guido Gezelle, Richard Minne Wim Sonneveld en Jacques Brel in een hedendaags jasje. Ook het Envoi van Absynth minded (op tekst van Hugo Claus) zal niet ontbreken.

Het Donsai dichterscollectief stelt die avond ook een unieke bloemlezing voor. De stad trekt haar gevels op is tegelijkertijd een hommage aan zijn stichter Martin Carrette en een historisch overzicht met daarin veel aandacht voor het werk en de poëzie van de stadsdichters gegroeid uit het collectief, de vijftien aangesloten dichters en 22 gastdichters

Ticketprijs 20 euro, Duoticket 30 euro, UiTPAS met kansentarief 4 euro
Bij alle tickets 1 bloemlezing inbegrepen.
Reservatie via www.cultuursmakers.be

vrijdag 14 november 2025

De vragen van de dichter - Geert Jan Beeckman

De vragen van de dichter

voor Menno Wigman

Wat heeft de dichter in zijn gedichten te zoeken. 

Ontroering voor wie. 
Bewoonbaar voor wat.
Of liefde.
Om aan stukken te leven. 

En niet dat hij daarvan geneest.
Ook niet in het heelal van de lezer
voor god mag weten welke zegen. 

Het is het voedsel voor zijn verzen
voor de code die hij wil kraken.
De code van het leven.
De code om te bestaan. 

Alleen zijn wijn en hij.
Applaus van wie.
Erkenning voor wat.
En hoe kom je in de woorden terecht.  

Alle moed heeft model gestaan.
Zoals roepen tegen een blinde muur.
Zoals adem blazen in een boom.
Zelfs schrijven tussen de honden
voor een stiel met de dezelfde naam.

Er valt weinig te vragen
ja het uur de nacht de tijd naar het besef.
Maar niemand die jou de andere
antwoorden zegt.
Het vergeefse schrijf je voor wat wankele roem.

© Geert Jan Beeckman

 


Uit de nieuwe, 7° bundel, van Geert Jan Beeckman in wording.
Vermoedelijke publicatie: najaar 2026



donderdag 13 november 2025

Karel van de Woestijneprijs-Editie 2025




De gemeente Sint-Martens-Latem reikt op 7 december 2025 voor de zevende keer de Karel van de Woestijneprijs voor poëzie uit. Met deze prijs bekroont de gemeente om de vier jaar een Nederlandstalige dichter. De prijs maakt deel uit van de vier cultuurprijzen waarmee Sint-Martens-Latem zijn rijke culturele traditie in de verf zet: naast poëzie worden in de andere jaren ook muziek, fotografie en lokaal cultuurleven gewaardeerd.

Deze literaire prijs eert de grote Vlaamse dichter Karel van de Woestijne (1878–1929), die tussen 1900 en 1906) in onze gemeente woonde en hier onder meer zijn beroemde dichtbundel Het Vaderhuis (1903) publiceerde.

Voor deze editie ontving de vakjury maar liefst 222 inzendingen. Na grondige selectie werden vijf laureaten genomineerd, elk met een indrukwekkend en eigenzinnig oeuvre. Naast de juryprijs wordt ook een Publieksprijs toegekend. Het publiek bepaalt de winnaar door te stemmen op één gedicht dat door de genomineerden speciaal voor deze prijs werd geselecteerd. De dichter met de meeste stemmen ontvangt een eervolle oorkonde.

De genomineerden:
Maria Barnas (Hoorn, 1973) - Genomineerd voor: Diamant zonder r (Uitgeverij Van Oorschot, 2022)

Tsead Bruinja (Rinsumageest, 1974) - Genomineerd voor: Wat deed ik daar (Querido, 2024)

Saskia De Jong (Alphen aan den Rijn, 1973)  - Genomineerd voor: Het jaagpad op en af (De Harmonie, 2020)

Peter Holvoet-Hanssen (Antwerpen, 1960) - Genomineerd voor: Goleman. (Pelckmans, 2024)

Charlotte Van den Broeck (Turnhout, 1991) - Genomineerd voor: Aarduitwrijvingen (De Arbeiderspers, 2021) 

Meestemmen voor de Publieksprijs kan hier:
https://www.sint-martens-latem.be/stem-mee-voor-de-karel-van-de-woestijne-publieksprijs-2025


Somnifobie- Geert Jan Beeckman

Somnifobie

Het woord alleen al. 
Niet geschikt om door verzen te dwalen. 
Maar dat wisten de Grieken al.
Zij die niet verzwegen dat de betekenis
in het liggen lag. 

Geen wiegelied.
Maar zeker ouder dan gedachten.
En dat ook angst poëzie is.
Taal heeft om dat naakt te maken. 

Je denkt de lichamen en ik.
De ogen en wij.
En nacht donker mijn adem niet.
Ik hou mij dood voor de dood.

Hoeveel kan er in vrees
wat voor de mens is beslist.
Eerst nog even niet dan toch
dan meer dan in een hartklop. 

Slaap denk je slaap
zolang je nooit gelijk had
slaap niet te vrezen. 

Licht denk je licht
waar men leeft met hoop
en je dat nooit vergeet.
Nu je te lang weet wat verdrinken is
op de bodem van een woord.

© Geert Jan Beeckman

 


Uit de nieuwe, 7° bundel, van Geert Jan Beeckman in wording.
Vermoedelijke publicatie: najaar 2026

woensdag 12 november 2025

Basisbehoefte - Geert Jan Beeckman

Basisbehoefte

De lofzwaai van de zomer is voorbij.
Wij gaan nu sterker zwijgen dan praten.
En lezen uit het boek der tijden. 

In een binnenoor kantelen gezichten.
In slotredes van kinderboeken
dooft men de brandbrieven van het spel. 

Met eeuwige namen denken wij
aan de gynaecologen van de aarde.
Zij die straks tasten naar het ondergoed
van de sneeuw. 

Wat wij krijgen is het recht
op alleen zijn.
Een basisbehoefte in de diepte
van ons huis.

Tot het albast begint te ademen
in de subliemen van de nacht
reizen wij af naar het hoorspel
van een plas licht.

Daar waar poëzie zonder god zit
en tragedie is tegelijkertijd.

© Geert Jan Beeckman

 


Uit de nieuwe, 7° bundel, van Geert Jan Beeckman in wording.
Vermoedelijke publicatie: najaar 2026


vrijdag 7 november 2025

Een zomerochtend - Frans Deschoemaeker

Een zomerochtend
op de Centrale Begraafplaats te Brugge 

Onder de beukenkruinen kromt zich het licht
tot gotische nissen.
Al bijna uit de steen gewiste namen duren
onder mos.
Hier bloeien woorden breed en ongericht, hier
zingen zich betekenissen van de dingen los.

Hondsroos, agave, akelei,
lamsoor, guldenroede, dalkruid, lelietje-van-dalen.
Besloten hof, beloken tijd. Akelei.
Agave, gaver agave geen, aldus de dichter.
Wijnruit, kleine ratelaar, naakte lathyrus,
glad parelzaad, rapunzelklokje.

En Uw maagdenpalm, Dame,
Uw rozetsteenkers,
Uw tongvaren, Uw nachtsilene, Uw gebroken hart.

© Frans Deschoemaeker

Uit “Oude duivelse maan”, een bundel in voorbereiding.

Frans Deschoemaeker op Wikipedia

Frans Deschoemaeker - foto: © Gie Devos


De foto dateert uit het Jaar 2012 toen de Literaire Vereniging ‘Het Penhuis’ 10 jaar bestond.
Frans Deschoemaeker hield toen een wervende toespraak die je hier nog kuntnalezen.