zaterdag 20 juni 2020

Leerdicht over de klavierstukken van Schubert - Alain Delmotte

1.

Dagen die je in de taal van hun uren in de greep houden - wanneer lichtinval het
klavier bespeelt met de handen van niemand.

Als vrij van woorden, de in het nauw gedreven winter zijn reis beëindigt en nu
onvoorwaardelijk tot voorjaar moet uitdijen.

2.

Wat je was vergeten, duikt weer op. Je herinnert je het nog: met al zijn onbezorgde aanwezigheid brengt een vleugel in een oogopslag de kamer weer tevoorschijn.

3.

Je kunt het nauwelijks volgen, licht is je in die muziek te vlug af, het lokt je mee, je hebt niet het minste verweer - je improviseert er een leven voor, je laat begaan.

4.

Allegro ma non troppo. Konden je uren, je dagen maar op die manier verlopen: zonder een toets, zonder een tik verloren tijd.

5.

Als een piano neuriet, dan houdt de klok zich stil, dan houdt klok zich in.

In een fractie is het even in de tijd altijd. Ze is dan alle stilte om je heen.

Het is die stilte die je in deze muziek hoort, die je wordt doorgegeven: je verliest nipt niet je evenwicht.

Muziek: de stilte die er zijn weg in vond en hiermee het licht uitnodigde tot dans.

6.

De ramen staan open. Buitenlucht past zich aan de partituren aan. Toonladders verspillen gul hun bezit aan hoogte. Ze scheren toppen.

Wat je van de wereld hoort, is boordevol en in de juiste maat doorboord.

7.

Het was niet één van de Goden, het was simpelweg Schubert die voor jou vandaag het licht en de uren schiep.

Zelfs in een verlaten kamer is een piano nooit alleen. Luister naar zijn ingehouden adem – in toespelingen geeft hij de wereld om zich heen een eigen leven.


© Alain Delmotte


  Uit 'Warhoofds leerdichten 2', de nieuwe dichtbundel van Alain Delmotte.


Geen opmerkingen: