voor Alain Delmotte
I. Het mysterie van René Magritte
Geen symbolen, geen beelden en geen iconen.
Geen charlatanerie en geen monumentale hoogmoed.
Elk schilderij is een droom voor de burger van de burgerij
ingelijst in het blauwe nachtlicht van het nachtkasteel.
II. Het oog van Marcel Mariën
De Chinese roerganger Mao kende zijn kunstwerken niet.
Maar zijn collages kleven aan het netvlies
van ons geheugen dat erotisch neurotisch blijft
wanneer een jonge blanke naakte vrouw
bloot blijft en onze ludieke lettrist Mariën
haar naakte lippen, haar vulva en haar venusheuvel ziet.
III. Het genie van Henri Michaux
Het schuilt niet onder zijn woorden en niet onder zijn woede.
Niet onder zijn inktspatvlekken en niet onder zijn hersenpan.
Het schuilt in de geest van Plume:
Plume in Casablanca, Plume bij de koningin
en vooral de zonderlinge Plume hangend aan de zoldering
(Plume au plafond)…
Plume was dus zeker geen warhoofd, geen robot
en geen oplosbare pop. Plume was de emanatie van Michaux.
© Hendrik Carette
Geen opmerkingen:
Een reactie posten