Daar troont het heerschap met bekraste jas
het zwaarberookte boerenland met staar
een vlaag van java-binnengoed-sigaar
Ernaast de sneeuwbeplakte bergen
een kwetsuur van herfstig hellingbos zo
hopeloos en uitgegleden
Een heilige met kind – vermoede lente die
verlegen al in bloesemende vegen rond
het meisjeshoofd gewemeld ligt
Alleen de blonde vrouw – gespogen kapitein
richt nog een borend oog
de mond gedicht de bovenlip een lijn
de onderste bol van genade
De avond die vervliegt en valt
in terpentijn.
© Geert Setola
Geen opmerkingen:
Een reactie posten