Pagina's

dinsdag 13 september 2022

Het middelpunt van de slinger

Daniël Franck over ‘Brakke dagen’ van Hilde Pinnoo

Je hebt dichters die dapper en onvervaard de poëticale conventies bestoken en je hebt dichters die stil en in de schaduw van tradities hun poëticale werk leveren. Het één kan niet zonder het ander, de slinger moet in beweging blijven, maar kan niet zonder een middelpunt. Dat is exact waar Hilde Pinnoo zich bevindt. En ze bevindt zich daar in comfortabel gezelschap van dichters als Marc Tritsmans. Dichters dus die het niet van de verrassing (of bolwassing) moeten hebben, maar van de rustige beschouwing.

Die rust vind je meteen terug in de vormgeving en structuur van deze nieuwe bundel, die is opgebouwd uit zes cycli van zes tot negen gedichten, grotendeels gekenmerkt door een regelmatige strofenbouw en een vertrouwde bladspiegel.
De meest opvallende stijlfiguur is die van het enjambement, die bijna overal wordt toegepast en ook over de strofen heen grijpt. Strofen vormen daardoor geen afgebakende betekeniseenheid, maar een tussenstap in telkens weer vloeiende gedichten, die wel natuurlijk geritmeerd lijken, en daarmee vooral een groot vakmanschap laten zien.
Op onnadrukkelijke wijze hanteert Hilde Pinnoo halfrijm, assonantie en consonantie die op de juiste momenten zorgen voor zuignapjes voor de lezer. Ook het associatieve taalgebruik lijmt de teksten fraai aan elkaar. Nooit doet ze dat opvallend. Dit is poëzie zonder naden.

De zes cycli zijn met elkaar verbonden als meerstemmige muziek en spiegelen zo de existentiële zoektocht van de mens. Thema’s die aan bod komen zijn onder meer dood, afscheid, verlangen, liefde, verlies, melancholie, het verglijden van de tijd, afstand, gemis. Het is daardoor geen vrolijke bundel geworden (de titel van de bundel was al een waarschuwing), maar wel een bundel die waardig wordt uitgedragen, zoals iemand met de borst vooruit het leven trotseert met alles wat daarbij hoort aan geluksmomenten en tegenslagen. De aanwezigheid van de zee, de nacht, seizoenen als herfst en winter vormen een web dat de lezer een bundel lang zal omvatten. Toch lijken sommige gedichten ook wel mythische proporties aan te nemen.

Hilde Pinnoo hanteert een klassieke taalopvatting, speelt niet met de spelregels van de poëzie. De formulering is doordacht, de taal concreet en helder. Zij beheerst de kunst haar teksten uit te schrijven en uit te diepen tot mooie, volwassen gedichten, die het resultaat zijn van een geduldig schaven. Wie wil kan kleine echo’s horen van Engelman, Bomans, Lucebert of Neruda, maar die gaan heel organisch op in de eigen poëzie. Het resultaat zijn gedichten die glanzen als sculpturen van glad marmer; alleen van dichtbij kun je de beitelsporen nog zien.


Water en wind

Een vrouw sluit haar ogen en haar handen
en tussen haar vingers ontstaat het stromen
van water. Ze schrikt van het vloeien dat haar
overvalt, zoekt naar korrels zand om het
in te dijken. Met haar adem maakt ze een zee
en golven en af en toe een storm die rond

de duinen speelt. Tussen de bergen door
ziet ze hoe de regen valt, de druppels wandelen
in beken naar het land dat dorstig ligt

en wacht. Ze wordt moe, werpt haar haren
in haar nek en als vanzelf begint het ruisen
van het koren op het veld, klaprozen wiegen

als dansende vogels. het wordt tijd voor een bed,
denkt ze, voor muren en een dak, maar hoe
maak je een huis met niets dan wind en water?


Brakke dagen’ is al de vierde solo bundel van Hilde Pinnoo (1962), die ook al een gewaardeerde roman op haar conto heeft staan. Haar werk verschijnt regelmatig in tijdschriften en werd opgenomen in verzamelbundels en bloemlezingen. Je hoeft er niet aan te twijfelen of de volgende stap is al in voorbereiding. Laat maar komen.


© Daniël Franck


Brakke dagen, Hilde Pinnoo, Uitgeverij P. Leuven, 2021, EAN: 9789493138551, 64 pag.

Extern:
Hilde Pinnoo bij Pazzi di Parole
Interview Hilde Pinnoo op Meander
















Hilde Pinnoo - Voorstelling Valtuig


Geen opmerkingen:

Een reactie posten