donderdag 20 november 2014

Samen, uiteen



Toen in landschap stierf
wat in ogen uitgekeken raakte.

Toen hij in tranen nog aan me toekwam
en ons afscheid meenam naar een heel ver land.

Toen hij was alsof niets ooit was geweest
en wij waren wat ons niet meer bijbleef.

Toen wij een hele tijd op de tast hadden geleefd
en gestrand waren in traagzaam kijken

bij elkaar naar binnen.

Toen hij ten slotte teruggekrabbeld was in hooguit riet
en als een hete dorst op het schorre water bleef liggen:

gewoonte had ons uitgeleefd en daarin
lagen wij versuft, de lippen op elkaar,

in samenzijn uiteengerafeld.

Om te zeggen te zeggen alsof het niets was:
de herfst kan zacht zijn en met kogels komen.



© Bart Vonck


Zie ook dit Digther-bericht: Bart Vonck: Vijf gedichten in voorpublicatie

* Teloor, zalig – Woe 19/11/2014
* Samen, uiteen – Do 20/11/2014
* Gebekte – Vr 21/11/2014
* Uitzicht – Za 22/11/2014
* Storm – Zo 23/11/2014



Geen opmerkingen: